Natuurorganisaties in beroep tegen strandhuisjes Kijkduin Strandweer.nu
Kijkduin 14.07.2017 - Zes natuurorganisaties hebben beroep aangetekend bij de rechtbank tegen de vergunningen die de gemeente Den Haag heeft verleend
voor 35 strandhuisjes bij Kijkduin. De organisaties geven in hun beroep aan dat de strandhuisjes in strijd zijn met het beleid van de gemeente Den Haag en met de Verordening Ruimte van de Provincie Zuid-Holland. De organisaties vinden dat de strandhuisjes niet op dit strand bij de Zandmotor thuis horen omdat juist de rust hier centraal staat.
Strijdigheid met gemeentelijk en provinciaal beleid
De natuurorganisaties stellen vast dat in het beleid van de gemeente Den Haag juist het natuurlijke en open karakter van het strand bij Kijkduin centraal staat en er zeer zorgvuldig moet worden omgegaan met ruimtelijke ontwikkelingen aan de kust. De vergunningen voor de strandhuisjes voldoen hier niet aan en zijn daarom in strijd met het gemeentelijk beleid.
Ook zijn de vergunningen in strijd met de Verordening Ruimte van de provincie Zuid-Holland. Zo is hierin vastgelegd dat ontwikkelingen op het strand bij Kijkduin bij moeten dragen aan de natuurlijke dynamiek en de landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten van het strand. De strandhuisjes voldoen niet aan deze voorwaarden. Bovendien heeft de provincie Zuid-Holland het strand waar de vergunningen betrekking op hebben toegevoegd aan het natuurnetwerk Nederland (NNN). Er is ten onrechte niet onderzocht of de strandhuisjes afbreuk doen aan de waarden van dit natuurgebied.
Van bezwaar naar beroep
Nadat de rechter eerdere vergunningen voor strandhuisjes op dezelfde locatie vernietigd had, gaf de gemeente Den Haag eind 2015 via een verkorte procedure nieuwe vergunningen af. Op dat moment was het Kustpact al in concept gereed. In het Kustpact is juist afgesproken dat rustige stranden, zoals dat bij Kijkduin, gevrijwaard blijven van nieuwe bebouwing. Dat de gemeente Den Haag toch nog snel voor de inwerkingtreding van het Kustpact nieuwe vergunningen af gaf, schoot de natuurorganisaties in het verkeerde keelgat. In een brief vroegen zij de gemeenteraad van Den Haag om het College van Burgemeester en Wethouders terug te fluiten en de vergunningen in te trekken. Dit gebeurde niet, waardoor de natuurorganisaties zich genoodzaakt voelden een bezwaarprocedure te starten. De gemeente heeft alle bezwaren echter ongegrond verklaard. Tegen dit besluit op het bezwaar tekenen de natuurorganisaties nu beroep aan bij de rechtbank.
Plaats een reactie