Wetenschappelijk onderzoek naar oliebestrijding op zee Rijkswaterstaat
Scheveningen 16.04.2018 - Op 18 en 19 april 2018 vindt een tweedaags wetenschappelijk onderzoek plaats naar oliebestrijding op zee. In deze onderzoeken wordt de snelheid onderzocht
waarmee olie van het wateroppervlak verdwijnt door invloed van golven en wind versus het toepassen van chemische oplosmiddelen (detergenten).
Oliebestrijdingsschip MS Arca Onderzoek naar het gedrag van olie op zee en de ontwikkeling van betere middelen en technieken is voor Rijkswaterstaat als beheerder van de Noordzee en verantwoordelijk voor oliebestrijding op zee reden om aan dit onderzoek mee te werken.
Gecontroleerde olielozing
Voor een betrouwbaar en realistisch resultaat wordt op beide dagen twee vlekken van samen 5 m3 ruwe olie 13 mijl uit de kust van Scheveningen gecontroleerd geloosd. Tijdens de eerste onderzoeksdag wordt de snelheid gemeten waarmee olie van het wateroppervlak verdwijnt door alleen invloed van golven en wind. De tweede dag is bijna hetzelfde, maar worden chemische oplosmiddelen (detergenten) voor het bestrijden van de olie toegepast. Onderzoekers van NHL Stenden Hogeschool, het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ), de University of Essex, Wageningen UR/Wageningen Marine Research en CEFAS onderzoeken naast het gedrag van de olievlek ook hoeveel olie in de waterkolom is terug te vinden en de potentiële biologische impact van de olie en detergenten in het mariene milieu.
Detergenten en de effecten
Tijdens de olieramp in de Golf van Mexico in 2010 zijn grote hoeveelheden detergenten gebruikt om de olievlek op te lossen. Over hoeveel deze middelen hebben bijgedragen in het verdwijnen van de olie was toen nog geen eenduidig antwoord. Deze ramp was voor dr. Marieke Zeinstra van NHL Stenden Hogeschool aanleiding om het effect van gebruik van detergenten in zee verder te onderzoeken. In 2016 is zij gepromoveerd op het voorspellen van de invloed van (natuurlijke en chemische) dispersie op olievlekken. Voor de verdere ontwikkeling van de modelberekeningen is het geplande onderzoek op zee essentieel.
Onderzoek vanaf schepen en vliegtuigen
Rijkswaterstaat draagt aan deze onderzoeken bij door de schepen MS Rotterdam, het oliebestrijdingsschip MS Arca en het oliebestrijdingsvaartuig MS HEBO-Cat 7 in te zetten. Daarnaast voeren kustwachtvliegtuigen van Nederland en Duitsland metingen vanuit de lucht. Deze samenwerking komt voort uit de Bonn Overeenkomst (Bonn Agreement) waarbij kuststaten van de Noordzee bij de opsporing, melding en bestrijding van verontreiniging van de Noordzee door olie en andere schadelijke stoffen samen optrekken en (onderzoeks)informatie delen.
Plaats een reactie