Ammoniak meten langs de kust

Westkust 12.03.2025 – Het RIVM heeft een gedeeltelijke verklaring gevonden voor het verschil tussen metingen en berekeningen van de concentraties van ammoniak langs de kust. Op basis daarvan zijn verbeteringen in het OPS(Operationele Prioritaire Stoffen)-rekenmodel doorgevoerd. In het nu gepubliceerde rapport zijn de resultaten samengevat. Het RIVM sluit hiermee het onderzoek naar ammoniak van zee af. In het Nationaal Kennisprogramma Stikstof (NKS) onderzoekt het RIVM samen met andere onderzoeksorganisaties hoe de modelberekeningen verder kunnen worden verbeterd.

Aan de Nederlandse kust is er een groter verschil tussen de berekende en de gemeten concentratie ammoniak in de lucht dan in de rest van Nederland. Het RIVM ging ervan uit dat dit verschil verklaard kon worden door de uitstoot van ammoniak uit zee. Maar deze uitstoot van ammoniak werd te hoog ingeschat. Daarom heeft het RIVM hier verder onderzoek naar gedaan.

Verschil beter verklaard
Uit tussenrapportages in 2023 en 2024 bleek dat de metingen langs de kust kloppen en dat er geen andere ammoniakbronnen zijn die het verschil verklaren. Wel bleek dat de invoergegevens, zoals de weersomstandigheden, die het stikstofmodel OPS(Operationele Prioritaire Stoffen) gebruikt op enkele punten verbeterd konden worden. Deze gegevens zijn inmiddels aangepast in het model. De effecten van de aanpassingen worden in de loop van 2025 zichtbaar in de producten die het RIVM oplevert. Zoals AERIUS, de GCNGrootschalige Concentratiekaarten Nederland(Grootschalige Concentratiekaarten Nederland)-rapportage en de Monitor stikstofdepositie in Natura 2000-gebieden.
Door de aanpassingen is het verschil tussen meten en berekenen langs de kust 20% kleiner geworden. De berekeningen wijken daar nu ongeveer 40% af van de metingen. Gemiddeld is dat in de rest van Nederland 30%.

Vervolgonderzoek naar verbetering modellen
Elk wetenschappelijk model kent onzekerheden. Om vast te stellen in hoeverre onzekerheden in het OPS-model bijdragen aan het verschil langs de kust, vergeleek het RIVM het OPS-model, samen met TNO, met twee andere modellen. Daaruit bleek dat alle modellen de concentraties langs de kust lager berekenen dan de metingen laten zien. Dit doet vermoeden dat de oorzaak van de verschillen in alle modellen hetzelfde is. Een mogelijke oorzaak is dat nog niet goed in beeld is hoe de uitstoot van ammoniak varieert op verschillende plekken in Nederland en door het jaar heen.
Samen met partners uit het Nationaal Kennisprogramma Stikstof onderzoekt het RIVM nu hoe de uitstoot van ammoniak en stikstofoxiden beter in kaart kan worden gebracht. Het RIVM verwacht met de resultaten een groter deel van de concentratie ammoniak langs de kust te kunnen verklaren. Ook start het RIVM dit jaar samen met de provincie Zuid-Holland en drinkwaterbedrijf Dunea met een uitgebreide meetcampagne naar stikstofdepositie in duingebied Solleveld. Deze metingen bieden mogelijk aanknopingspunten om de depositieberekeningen in het duingebied verder te verbeteren.

Geef een reactie

U bent vrij om te reageren met behoud van respect en fatsoen. Kleineren is not done. Alle geplaatste reacties worden een paar keer per dag nagekeken en zijn niet direct zichtbaar. Dus even geduld aub.

Zoeken